Wanneer men ZINGA aanbrengt op een zinken oppervlak, moet ZINGA in contact komen met puur metallisch zink om een goede elektrochemische verbinding te verzekeren en dus een kathodische bescherming te geven aan het substraat.
Indien een zinkrijk substraat blootgesteld wordt aan de omgeving, zal het zinkzouten (zink oxides, zink carbonaten en andere) vormen die een barrière vormen.
Deze zinkzout barrière moet verwijderd worden alvorens ZINGA aan te brengen.
Contacteer het Zingametall team voor verdere informatie.
Met ZINGA opladen (warme galvanisatie)
Het is uitermate belangrijk om de volgende werkvolgorde te respecteren:
1. Al het vuil, vet, olie en zouten verwijderen
2. Alle oude verf en roest volledig verwijderen
3. Opruwen
4. Ontstoffen
Het oude gezinganiseerde oppervlak moet eerst gereinigd worden om vuil, olie of vetten te verwijderen door middel van stoomreiniging aan 140 bar bij 80 °C (bij voorkeur) of reiniging met solvent (Zingasolv).
Om roest te verwijderen en een ruwheid te creëren:
• Wapperen: het aanstralen van het oppervlak met niet-metallisch hoekvormig grit. Deze methode van stralen zal zo’n 10 à 15 μm zink verwijderen maar ook alle oppervlaktecontaminatie. Het biedt ook een aanvaardbaar profiel zodat een ZINGA-laag zich zal kunnen hechten. Als de straalhoek groter is dan 45°, dan zal het straalprofiel te diep zijn. De spuitkopopening moet minimum 10 mm zijn. Stel de druk in op 3 bar. Er moet een sectietest gebeuren die de zinklaag meet voor en na het stralen.
• Sponsstralen: Abrasief materiaal in spons is van nature plooibaar en zodoende plooien de partikels bij impact, waardoor het abrasief aan het oppervlak komt. Na het verlaten van het oppervlak zet het materiaal uit en creëert een vacuüm terwijl het alle contaminanten die anders in de lucht zouden hangen, met zich meeneemt. Bijna 95% van de abrasieven zijn herbruikbaar.
• Stalen borstel / Roterende abrasieve schijf / bikhamer (minder ideaal – niet aangeraden).
Zorg ervoor dat de oppervlakken volledig vrij zijn van contaminatie en dat het chloride-ionen niveau niet hoger is dan 50 mg/m2 (getest volgens ISO 8502).
Als de te behandelen structuur meer dan 5% roest vertoont, wil dat zeggen dat de kathodische bescherming van het staal voor meer dan de helft opgebruikt is en dat lokale retouches niet voldoende zullen zijn.
De applicatie van ZINGA op (oude) warm gegalvaniseerde of gezinganiseerde oppervlakken is mogelijk met de borstel, de rol, conventioneel spuitpistool of airless.
Niet onbelangrijk is te noteren dat de eerste ZINGA laag nooit met de rol mag aangebracht worden. Bij een applicatie met de rol dringt de ZINGA immers niet voldoende door in het ruwheidsprofiel van het staal.
Om dezelfde reden is het best de eerste ZINGA laag een klein beetje meer aan te lengen dan op de Technische Fiche aangeduid staat.
De eerste ZINGA laag wordt het best met 5 tot 10% Zingasolv aangelengd om een borstelgladde eindlaag te verkrijgen die voldoende doordringt tot in de ruwheid.
Zware borstelsporen (onvoldoende aanlenging en te dik aangebracht) waardoor sommige delen van de structuur te zwaar behandeld zijn (kleine of grote kratervorming) of andere net te weinig (onvoldoende bescherming – roestplekken) moeten te allen prijze vermeden worden.
Contacteer het Zingametall team voor verdere informatie.
ZINGA herladen
Het ZINGA oppervlak moet eerst gezuiverd worden om vuil te verwijderden, alsook olie en vetten d.m.v. stoom reiniging aan 140 bar bij 80°C (bij voorkeur) of d.m.v. solvent reiniging (Zingasolv).
Oude verweerde ZINGA heeft een laag zinkzouten die een passieve barrière vormen op ZINGA. De zinkzout barrière moet absoluut verwijderd worden alvorens ZINGA aan te brengen.
Om te testen of alle zinkzouten verwijderd zijn: wrijf op een kleine testplek met een zuivere, witte, pluisvrije vod gedrenkt in Zingasolv. Indien de witte vod een donker grijze kleur vertoont, is het oppervlak klaar. Indien de vod wit blijft of lichtgrijs, moet de voorbereiding verder gezet worden volgens de gekozen optie.
Contacteer het Zingametall team voor verdere informatie.